In het Vertalershuis - januari 2018

05 januari 2018 - Vertalershuis

Elke maand verblijven verschillende vertalers in de Vertalershuizen in Amsterdam en Antwerpen. In de eerste maand van dit jaar worden de volgende vertalers verwelkomd:

In januari wonen en werken deze vertalers in het Vertalershuis Amsterdam:

  • Marianne Holberg (Duits) werkt aan de vertaling van Waarom ik doe wat ik doe van Jaap van de Weg;
  • Rolf Erdorf (Duits) werkt aan de vertaling van Kees de jongen van Theo Thijssen;
  • Gregor Seferens (Duits, t/m 17 januari) werkt aan de vertaling van Ikabods moeder & andere verhalen van Maarten 't Hart;
  • Daniel Cunin (Frans, januari en februari) werkt aan de vertaling van Het hout van Jeroen Brouwers, Ik kom terug van Adriaan van Dis en Het trouwservies van Benno Barnard;
  • Birgit Erdmann (Duits) werkt aan de vertaling van April is de wreedste maand van Rindert Kromhout.

In januari wonen en werken deze vertalers in het Vertalershuis Antwerpen:

  • Stefan Wieczorek is literatuurwetenschapper en vertaler Nederlands-Duits. In het Vertalershuis werkt hij aan de selectie en vertaling van gedichten van Ruth Lasters voor Parasitenpresse. Hij vertaalde eerder al poëzie van een groot aantal Vlaamse dichters waaronder Andy Fierens, Maarten Inghels, Els Moors, Paul Bogaert, Maud Vanhauwaert en Ruth Lasters. In 2016 verscheen zijn vertaling van de roman De kunst van het crashen van Peter Verhelst.
  • Tamás Balogh is hoofddocent aan de Vakgroep Nederlands van de KRE Universiteit te Boedapest en vertaler van Nederlandstalige literatuur. Hij vertaalde eerder onder meer De bewaker van Peter Terrin en twee beeldverhalen (Boerke 1 + Boerke 3) van Pieter de Poortere. In het Vertalershuis werkt hij aan de studie over de culturele contacten tussen Hongarije en de Zuidelijke Nederlanden in de 17de eeuw voor de catalogus van de tentoonstelling Rubens en tijdgenoten van het Museum voor Schone Kunsten in Boedapest (2019) en aan vertalingen van enkele essays van Vlaamse onderzoekers voor de catalogus.