Het pitchen van een vertaling
‘Dit boek móet vertaald worden…’. Voor de meeste vertalers een herkenbare gedachte, vaak gevolgd door ‘en wel door mij!’, na het lezen van een geweldig boek of verhaal in zijn/haar brontaal.
Het vertolkt de primaire drijfveer om die gedachte realiteit te laten worden en voor menig beginnend vertaler zal het de aanzet zijn om serieus werk te gaan maken van de vertaalambitie, eventueel versterkt door het stimulerende idee dat jij het bent die een nieuw, geweldig boek hebt ontdekt. Overigens zullen (beginnende) vertalers uit de zogeheten kleine talen vaker de rol van ontdekker op zich kunnen nemen. Bij grotere talen zijn uitgevers in de regel al goed op de hoogte van wat er omgaat in de literatuur van een bepaald taalgebied, of zoals een ervaren vertaler uit het Engels me eens spijtig toevertrouwde dat hij eigenlijk nooit een uitgever kon verrassen met een eigen ontdekking.
Goed, je hebt er echt zin in. En nu? Hoe krijg je een uitgever zover dat hij of zij het door jou aangeprezen boek in jouw vertaling gaat uitgeven, want je wilt natuurlijk niet voor je eigen bureaula vertalen, maar het door jouw vertaalde boek normaal op de markt zien verschijnen en er zo dus ook wat aan verdienen. Je kunt wachten tot een uitgever bij je aanklopt, dat is een optie, maar de kans van slagen is vrijwel nihil. Zeker als hij het werk niet kent en jou als vertaler evenmin. Je zult dus zelf actief aan de slag moeten en ik zal hier een reeks praktische tips geven over wat er komt kijken bij het pitchen van een vertaling bij een uitgever. Succes is niet gegarandeerd, maar het vergroot wel je kansen, ook voor eventueel andere vertaalprojecten in de toekomst.
Vertaalrechten
Het eerste wat je moet doen als je een vertaling wilt pitchen is nagaan of de Nederlandse vertaalrechten van het desbetreffende boek nog vrij zijn. Zijn die rechten al vergeven aan een uitgever, dan heeft het geen zin om er nog verder veel tijd en energie in te steken – de uitgever zal bovendien dan meestal al een vertaler hebben benaderd, al kan even checken geen kwaad. Neem daarom contact op met de literair agent van de auteur of met de auteur zelf, of met de buitenlandse uitgever van het boek in de brontaal. Het kan bovendien geen kwaad als de agent en/of auteur weet hebben van je plannen, want zij kunnen je dan mogelijk bij een uitgever aanbevelen.
Portfolio
Zijn de rechten nog vrij, dan is het zaak ter voorbereiding een portfolio – een verzameling documenten en informatie over het boek en de auteur – samen te stellen die je aan geïnteresseerde uitgevers kunt presenteren. Bij een dergelijke portfolio moet je denken uit:
- een proefvertaling van 10 tot 20 pagina’s.
- een leesrapport.
- vertaalde quotes uit recensies (of desnoods een gehele recensie als die een goed beeld van het boek geeft).
- informatie over vertalingen van het boek in andere talen en met name in een algemeen toegankelijke taal (Engels, Duits, Frans). Vraag bij de agent of auteur de pdf-bestanden van die vertalingen op, zodat je die een uitgever kunt aanbieden.
- verkoopcijfers, via de agent/uitgever van de auteur. Een boek dat goed is verkocht in het eigen land is een extra steuntje in de rug.
- subsidiemogelijkheden voor de uitgever. Bestaan er in het bronland programma’s die vertalingen ondersteunen, hoe zit de procedure in elkaar, waar kan een uitgever financieel op rekenen?
Op zoek naar een uitgever
Als je je portfolio voor elkaar hebt, ga je op zoek naar uitgevers. Je kunt er dan voor kiezen om vooral kleine uitgevers te benaderen, of juist grote, of een combinatie van beiden; ze hebben allebei hun voor- en nadelen. Kleine uitgevers zijn doorgaans sneller te porren voor minder courant werk van literair hoog niveau. Ze besteden veel zorg aan hun uitgaven, maar zijn vaak afhankelijk van gedegen financiële ondersteuning in de vorm van een behoorlijke vertaalsubsidie. Grote uitgevers hebben een professioneel apparaat tot hun beschikking, zoals bijvoorbeeld gedegen redactionele ondersteuning voor vertalingen, iets dat voor beginnende vertalers van groot nut is. In algemene zin is een goede redacteur voor iedere vertaler goud waard. Generaliserend kun je stellen dat voor grote uitgevers commercieel succes belangrijker is dan voor kleine uitgevers. Als het eerste boek van een auteur in een Nederlandse vertaling niet goed verkoopt, zal een grote uitgever, in tegenstelling tot zijn ‘kleine’ collega’s, niet snel geneigd zijn een tweede titel van de auteur op de markt te brengen. Hoe dan ook, check vooraf het profiel van de uitgever – groot of klein – om te zien of het boek dat je op het oog hebt wel bij hem past. Zie voor een lijst van kleine, of eigenlijk bijzondere uitgevers bijvoorbeeld: https://www.beursbijzondereuitgevers.nl/. Een bestand van grote uitgevers kun je vinden op: https://mediafederatie.nl/leden/ of https://literairvertalen.org/kennisbank/uitgeverijen.
Richt je tot de juiste persoon
Benader een uitgever via mail en bij voorkeur gericht aan iemand persoonlijk – een redacteur/redactrice verantwoordelijk voor de acquisitie van buitenlandse fictie verdient de voorkeur. Kijk op de website van de desbetreffende uitgever en probeer zo namen en e-mailadressen te achterhalen. Vraag ook aan collega’s of zij contacten hebben met bepaalde uitgevers. Mocht dit allemaal geen soelaas bieden, dan ben je aangewezen op het algemene mailadres. In dat geval verzoek je om in contact te komen met de persoon die verantwoordelijk is voor vertaalde fictie en vraag je of men jouw bericht kan doorsturen naar hem of haar.
Wees in je mail beknopt en direct ter zake. De kunst is om in een paar korte alinea’s de belangstelling van de redacteur te wekken. Denk dan bijvoorbeeld aan de positieve receptie in de pers, bij de lezers, succes van het boek in eigen land, en andere landen, literaire prijzen voor het boek of onderscheidingen voor de auteur. Kortom, belangrijke weetjes. En maak in één of twee zinnen duidelijk waarom dit boek en deze auteur op de Nederlandse markt thuishoren en hoe ze die zouden kunnen verrijken. Stuur geen bijlagen mee, maar vertel wat je kunt bieden: leesrapport, proefvertaling, vertaalde recensies etc.: je portfolio dus.
Als de uitgever geïnteresseerd is, stuur hem dan alles toe en geef daarbij alle resterende, relevante informatie (vertaalsubsidies etc.). En probeer af te spreken op welke termijn je weer contact kunt opnemen indien je niets hoort. Blijf in ieder geval aan de bel trekken. Probeer ook zeker om na verloop van tijd een afspraak met de uitgever te maken. Als je elkaar in levenden lijve ontmoet, gaat het allemaal toch even wat makkelijker (zie ook https://literairvertalen.org/kennisbank/netwerken-hoe-doe-je-dat-over-het-belang-van-netwerken-voor-literair-vertalers). Zorg er ook voor dat je breder georiënteerd bent dan dat ene boek of die ene auteur. Idealiter ben jij namelijk een kenner van de literatuur uit jouw taalgebied en ben je dus ook in staat alternatieven aan te dragen, mocht een uitgever je oorspronkelijke pitch niet zien zitten. Op deze manier leer je verschillende uitgevers en redacteuren kennen, en nog belangrijker, zij leren jou kennen en weten dat ze bij jou kunnen aankloppen mocht iets op hun pad komen dat in jouw straatje past.
Lange adem
Het pitchen van een vertaling is vaak een kwestie van de lange adem. Het gaat gepaard met teleurstellingen en soms moet je gewoon je verlies nemen. Maar laat je daardoor niet uit het veld slaan, want de voldoening is des te groter als een uitgever besluit het boek uit te geven en door jou te laten vertalen.